Generatieconversatie: Joram en Froukje

De kloof tussen oud en jong overbruggen en elkaar dus beter leren kennen. Dat is het doel van de generatie conversatie. Elke Venster gaan een ouder en een jonger iemand met elkaar in gesprek. Dit keer ontmoeten Joram (21 jaar) en Froukje (66 jaar) elkaar. Ze kennen elkaar nog niet.

In de rubriek generatie conversatie, gaan elke keer een jongere en oudere met elkaar in gesprek. Aan de hand van vaste vragen leren de twee elkaar beter kennen. Aan het eind geven ze een vraag door aan het volgende duo.

Kunnen jullie jezelf voorstellen aan elkaar?

Joram (J): Mijn naam is Joram van Doodewaard. Ik ben 21 jaar. Geboren en getogen in Lelystad. Ik studeer in Enschede op de Universiteit Twente. Daarvoor heb ik op de VU in Amsterdam gezeten. Ik ben gedoopt hier in de kerk, ik kom hier al mijn hele leven omdat mijn ouders in Lelystad wonen. Ik heb hier in de crèche gezeten, basiscatechese, Betweeners en nu Bron. Ik was presentator bij YO.

Froukje (F): Ik ben Froukje Visch. Ik ben 66 jaar. Ik ben 47 jaar geleden in Lelystad komen wonen, toen zijn we ook bij deze kerk gekomen. Ik ben getrouwd met Jan en we hebben drie kinderen en acht kleinkinderen. Die zijn allemaal uitgevlogen en wonen nu weer allemaal in Lelystad. Wij kwamen uit ’t Harde. Daar gingen mijn man (hervormd) en ik (gereformeerd) om de week naar elkaars kerk. Hier in Lelystad konden we samen naar één kerk.

Wat betekent de (Ontmoetings)kerk voor jou?

F: 47 jaar geleden is het hier begonnen. Wij hebben hier samen belijdenis gedaan en onze kinderen laten dopen. Het samen komen vind ik mooi en ook het zingen van bekende liederen. De nieuwere vind ik soms wat moeizamer. De kerk is voor mij ook mensen ontmoeten, je kent er in de loop van jaren behoorlijk veel. De kerk is ook een moment van rust.

J: Voor mij is deze kerk ook een plek om mensen te ontmoeten. In mijn geval vooral de jeugd. Maar toen ik YO deed werd ik op de zondagen ook door anderen aangesproken. De kerk voelt voor mij vertrouwd. Eerst had ik vooral positieve herinneringen, maar de uitvaart van mijn opa was ook in deze kerk. Dat staat lijnrecht tegenover elkaar, de kerk was een plek van leuke dingen en dan denk je opeens, dit klopt niet. Dat wringt heel erg, de kerk is, wat ik toen merkte, een plek van niet alleen positieve emoties.

F: Dat denk ik ook wel, we hebben hier al meerdere begrafenissen mee moeten maken. Dat gebeurt natuurlijk steeds meer.

J: Ik heb wel het gevoel dat er ruimte is voor alle emoties. Alles is ook welkom, alle input is welkom. Iedereen is welkom.

Wie is God?

J: Ik vind dat heel erg moeilijk. Je krijgt in de kerk een bepaald beeld van god. In de kinderbijbel bijvoorbeeld het beeld van een man in de wolken met een baard. Maar hoe ouder ik begin te worden hoe moeilijker ik het vind om te accepteren dat er überhaupt een God is. Ik heb het gevoel dat ik God ben kwijtgeraakt. Er zijn een hoop mensen die veel uit hun geloof halen en veel uit God halen, ik heb dat niet zo. Dat vind ik ook niet zo erg.

F: Ik snap dat in sommige situaties wel. Ik was achttien toen mijn vader plotseling overleed, dat heeft best wel impact gehad. Dat je dan ook wel denkt, God ‘why’? Maar je krijgt geen antwoord. Dan vraag je je wel af van God waar ben je. God is voor mij ook de schepper van hemel en aarde. Maar ik heb ook best wel getwijfeld, ben ook wel boos en zoekende geweest.

J: Ik kan niet veel met hoe God in een preek omschreven wordt. Ik denk vaak, als God alles kan en alles weet, waarom zijn we dan niet als collectief God, want als we écht samenwerken, dan krijgen we een hoop voor mekaar.

F: Ik vind het lastig om God te voelen. Ik zie hem niet als iemand die tegen me praat en als andere dat wel zeggen dan kan ik daar niet alles mee. Maar toch gaf hij wel steun toen mijn man hartstikke ziek was. Ik had niet verwacht dat ik het aankon, maar ik kon het toch. Ook de aandacht van onze kinderen, vrienden en kennissen hielp. Ik heb een vriendin en die zegt wel eens dat de mensen die op haar pad komen de engelen van God zijn.

J: Ik herken me wel in de engelen van God. Als ik God zou moeten aanwijzen dan zit hem dat in het gelukje, dat je net wel voor elkaar krijgt.

F: God is er dan op het juiste moment op de juiste plaats.

Speelt geloof in jouw dagelijks leven een rol?

F: Als ik op straat loop ziet niemand dat ik gelovig ben, je ziet het in het feit dat ik er ben voor anderen. Ook bidden wij en lezen we samen uit een dagboek. Maar mensen die niet ‘gelovig’ zijn, kunnen ook goede, warme personen zijn.

J: Geloof speelt in mijn dagelijks leven niet zo’n grote rol. Ik bid niet en heb in Enschede geen kerk opgezocht. Maar in mijn normen en waarden merk je wel dat ik een Christelijke achtergrond heb. Mijn vriendengroep uit de kerk helpt daarbij. Ik ben er dus niet per se bewust mee bezig, maar wel onbewust.

Wat wil je de andere generatie vragen of meegeven?

J: Zet de verschillen aan de kant en focus wat belangrijk is. Dat zie ik ook als ik naar de energie transitie kijk. Voor mijn studie verdiep ik me daar meer. En des te meer je dat doet, des te meer je je zorgen maakt. Soms zie ik wel grijze koppen in de Tweede Kamer, ik hoop dat we samen het klimaat meer onder de aandacht zouden kunnen brengen.

F: Ik maak me zorgen om social media. Er zitten veel goede kanten aan, maar het kan ook polariserend werken of mensen pijn doen. Ik denk ook, heb wat meer respect voor elkaar en waardeer elkaar. Dat geldt voor oud en jong!

De vraag die het vorige duo aan jullie wilde stellen is: Hoe kunnen generaties zich meer voor elkaar inzetten?

J: Ik denk dat het begint bij de erkenning van elkaars gedachtengoed. Je hoort bij steeds meer dat er een generatiekloof is. Ik denk dat het komt omdat er weinig interactie is, je wordt niet uitgedaagd. Probeer je in elkaar te verdiepen.

F: Ja daar ben ik het mee eens, maar blijf wel in gesprek met elkaar.

Welke vraag willen jullie stellen het volgende duo:

F: Wat is de ideale zondag?

In onderstaande video blikken Joram en Froukje terug op het gesprek.

Categorieën

Pin It on Pinterest