Kerst staat voor de deur, een periode van verbroedering, verbinding en hoop komt er aan. Hoe wordt deze periode beleefd door Jong en Oud? Dat is een van de vragen die gesteld wordt in deze generatieconversatie. Kort het concept: een goed gesprek tussen jong en oud. Dit keer ontmoeten Wietse (18 jaar) en Cisca (83 jaar) elkaar. Ze kennen elkaar nog niet zo goed.
In deze video (klik hier) blikken Wietse en Cisca terug op het gesprek
In de rubriek generatie conversatie, gaan elke keer een jongere en oudere met elkaar in gesprek. Aan de hand van vaste vragen leren de twee elkaar beter kennen. Aan het eind geven ze een vraag door aan het volgende duo.
Kunnen jullie jezelf voorstellen aan elkaar?
Wietse (W): Ik ben Wietse, ik ben 18 jaar oud. Ik doe in Amsterdam de opleiding tot meubelmaker. Ik werk bij de Albert Heijn, daar ben ik magazijnman. Doordeweeks loop ik stage in Dronten. Het is voor mij vrij standaard om naar de kerk te gaan, maar ik word door mijn ouders wel vrijgelaten.
Cisca (C): Ik vind het mooi dat je wat met je handen gaat doen. Daar is zoveel vraag naar! Ik ben Cisca Eggink, ik ben 83 jaar oud. Ik ben in 2009 in Lelystad beland als partner van Harm Burgstra. Die is inmiddels overleden. Ik ben van huis uit katholiek, maar om niet alsmaar naar de ene of ander kerk te gaan zijn we hier bij de Ontmoetingskerk beland. Ik moest vroeger ook elke zondag naar de kerk.
Wat betekent de (Ontmoetings)kerk voor jou?
W: Je bent altijd welkom. Het voelt misschien een beetje cliché maar het is een tweede huis. Ik kom hier al sinds mijn geboorte. Op school ben ik soms een ander persoon, maar hier ben ik echt mezelf.
C: Ik heb ook het gevoel dat ik hier welkom ben. Je wordt hier warm opgevangen en ze nemen je zoals je bent. Ik voel me daar heel goed bij. Als ik een kerkdienst meemaak, dan kan je even alles van je afgooien. Dat is een moment van rust. Het is ook een moment van eerbied. Het koffiedrinken is heel gezellig.
W: Dat vind ik ook. Ik vind het altijd leuk om een praatje te maken en even te weten wat er gebeurd is. Het is altijd gezellig aan het eind van de dienst.
C: Het lijkt mij mooi als we na de dienst als ouderen wat meer gaan mengen met jongeren en dan samen over de dienst praten. Meestal krijg je toch die tafeltjes. Dat vind ik wel eens jammer, want wij kunnen wel wat leren van de jongeren.
W: En wij weer van u, u heeft veel tips over het leven. Het kan geen kwaad om eens een keer met elkaar aan hetzelfde tafeltje te zitten.
Kerst komt er natuurlijk aan, wat betekent dat voor jullie?
C: Kerst is voor mij na Pasen het tweede feest. Ik zet altijd een kerststalletje neer en een summier kerstboompje.
W: Voor mij is het super veel gezelligheid en allemaal blije gezichten. Het is wel altijd een beetje een chaos, mijn ouders helpen vaak mee met het kinderkerstfeest, maar het is wel altijd leuk en gezellig.
C: Voor mij is het ook een warm feest. Ik vind het mooi dat er een kerststal is komen te staan voor in de kerk. Dat straalt mooi naar buiten uit.
W: Zo is het kerstfeest ook bedoeld, iedereen kan meedoen.
C: Inderdaad, als je kerst goed wil vieren moet iedereen blij zijn en moet je delen.
Wie is God?
C: God is mijn baken, maar ik sta dichterbij Jezus. Ik vind hem meer bereikbaar. God is zo’n mysterie voor mij. Dat is niet per se lastig, want als ik met Jezus bid, dan kom ik toch bij God.
W: Dat kan ik wel begrijpen, Jezus is een mens en komt heel duidelijk in veel verhalen voor. Ik vind de vraag ‘Wie is God’ erg lastig. God kan natuurlijk alles zijn, in alles kan je hem zien. Ik zie God als een soort back-up, als ik hulp nodig heb of het gaat slecht met me dan kan ik altijd aan God denken. Het is iemand waar je op terug kunt vallen.
C: Maar je krijgt niet altijd wat je vraagt.
W: Precies.
Speelt geloven in jouw dagelijks leven een rol?
C: Ik bid voor het eten, maar het is niet zo dat ik dagelijks uit de bijbel lees. Wel probeer ik elke dag een goede daad te doen en meestal lukt dat wel.
W: Ik probeer echt te bidden voor het eten. Verder doe ik niet veel met geloof doordeweeks. Zondag heb ik er tijd voor. Toch is geloof wel vaak onbewust aanwezig.
Wat wil je de andere generatie meegeven tijdens deze kerstdagen?
C: Het samen zijn zou ik willen meegeven. Ik ben nu alleen en mijn familie woont ver. Ik kan daar nog wel heen hoor, maar het samen zijn vind ik toch wel erg belangrijk. Vooral jong en oud. Kinderen en kleinkinderen.
W: Ik zou zeggen, zoek elkaar op. Zorg dat iedereen een mooie kerst krijgt. Ook al ben je alleen of heb je een depressie, help elkaar om er een fijn kerstfeest van te maken.
Iedere keer beantwoordt het duo een vraag die het voorgaande tweetal bedacht heeft. Dit keer: Wat viel op aan het interview van ons? Groet, Margit en Feiko
C: Die vond ik heel erg leuk, vooral Feiko vond ik erg open naar Margit toe.
W: Het gesprek was een mooi voorbeeld, ik hoop dat er nog meer zullen komen.
En welke vraag willen jullie stellen aan het volgende duo?
C: Hoe kunnen oud en jong meer in contact komen met een ander?
Een oude generatie conversatie lezen, klik hier!